Sanering asbestdaken is urgent

Vorig jaar gaven de provincies Overijssel en Gelderland opdracht om onderzoek in te stellen naar de erosie van asbestdaken. De uitkomst van dat rapport uit september 2014, dat onlangs openbaar is gemaakt, is schokkend. Op grond van hun onderzoek komen de onderzoekers tot de conclusie dat in heel Nederland op tweehonderdduizend locaties de bodem rond agrarische bedrijven en fabrieken ‘ernstig verontreinigd’ is met asbest.

De omvangrijke asbestvervuiling van de bodem wordt veroorzaakt door de slijtage van oude asbestcementplaten, die op heel veel plaatsen als dakbedekking zijn gebruikt. De platen bestaan doorgaans voor 90 procent uit cement en voor 10 procent uit asbest. Meestal is in deze platen wit asbest toegepast.

In de tweede helft van de vorige eeuw werd voor de platen reclame gemaakt, met name door het bedrijf Eternit in Goor (Ov), waarbij beweerd werd dat de platen sterk en onverwoestbaar waren. Maar al snel werd ook duidelijk dat de platen bepaald niet voor de eeuwigheid gemaakt waren. Na verloop van 25 tot 30 jaar begint de hechting van het asbest aan het cement in de platen af te nemen. Met als gevolg dat gaandeweg de asbestvezels vrij komen en met de regen, maar ook via het mos op de daken, in de bodem naast de gebouwen terecht komen.

Niet alleen de producenten van de asbestplaten – Eternit was verreweg de grootste – waren al vroeg met dat milieurisico bekend. Ook de overheid wist van de hoed en de rand. Toch trad de overheid niet op omdat de lobby van Eternit sterk was en de economische belangen van de asbestindustrie zwaarder wogen voor de Staat. Pas in 1993 werd de verkoop van de asbestcementplaten verboden, maar in de jaren direct daarvoor was de omvang van de productie van de platen nog ongeveer 10 miljoen vierkante meter per jaar. Ons land telt op dit moment nog ongeveer 135 miljoen vierkante meter asbesthoudende dak- en gevelplaten.

Al die platen, zeker als ze aan weersinvloeden zijn blootgesteld, betekenen een steeds groter gevaar nu gaandeweg de asbestvezels los komen uit de platen en in de bodem belanden.
De onderzoekers constateren dat in 45 procent van de gevallen bij de zogenaamde dakgootloze daken er in de bodem naast de gebouwen sprake is van ‘ernstige verontreiniging’. Dat betekent dat de bodem een direct gezondheidsgevaar vormt voor de omwonenden. En dat er heel veel geld nodig is om die urgente bodemverontreiniging te saneren.

Het ligt voor de hand dat de landelijke en provinciale overheid hier in de eerste plaats moet ingrijpen. Verder uitstel is onverantwoord. Want elke blootstelling asbest brengt het risico van kanker met zich.

 

Reacties

Het gaat om nogal een enorme

Het gaat om nogal een enorme massa aan te saneren materiaal m.i.
Vragen als: Hoe zit het feitelijk met de opslagcapaciteit op de diverse in het land verspreid liggende locaties?
Waren die reeds al niet overvol waardoor verspreiding door de lucht van "vrije vlucht-vezels" al geconstateerd was?
Zijn er in Nederland locaties/installaties die onder vergunning én ZONDER ENIG GEZONDHEIDSBEDREIGING VAN OMWONENDEN EN MEDEWERKERS asbest verwerken (..áls dat al technisch 100% zeker is dat dat veilig zou kunnen)?
Verhandelen - óók van asbestvezelhoudend afval/gesaneerd materiaal - is al lang verboden, tóch? Waar in vredesnaam gaat die enorme massa dan heen vanaf nu tot 2024 (..en behalve de daken van het ook op vele andere plekken nog te saneren materiaal) ?
Waar gaat dat overigens nú dan ook allemaal heen? (Moeten omwonenden daar overigens niet óók over geïnformeerd worden op actieve wijze?
IK heb daar tot op heden in geen énkele publicatie ook maar iets gelezen. Wie het weet mag het melden/publiceren omdat m.i. een dergelijke enorme massa niet 'weg te moffelen is'... Ook/juist administratief niet i.v.m. de wet-en regelgeving