Je zult maar Willem van Lunteren zijn. Je bent 77 jaar en dan krijg je te horen dat je de asbestziekte asbestose onder de leden hebt. Een ongeneeslijke ziekte die je te danken hebt aan je werk als automonteur/wegenwacht-medewerker gedurende 37 jaar bij de ANWB. Bij dat werk word je regelmatig aan asbest blootgesteld. Veiligheidsmaatregelen zijn er nooit getroffen en voor het gevaar van asbest is er nooit gewaarschuwd.
Je zult maar Willem van Lunteren zijn. Je bent ziek en je gaat ertoe over je oud-werkgever ANWB aansprakelijk te stellen. Met een korte, nette brief. Waarin je de kwestie van je ziekte uit de doeken doet, aangeeft dat je daardoor schade lijdt en dus vergoeding van die schade wilt hebben.
Je zult maar Willem van Lunteren zijn, die wacht en wacht en wacht op de reactie van zijn oud-werkgever. Misschien komt er wel een briefje of een telefoontje? Je doet een beroep op het Instituut Asbestslachtoffers. Dat instituut onderzoekt de zaak, concludeert op 5 februari 2021 dat de ANWB als werkgever tekortgeschoten is en dus schadeplichtig is. Maar de ANWB geeft niet thuis. Wel meldt de ANWB aan het instituut dat het bedrijf een advocaat heeft ingeschakeld, maar die advocaat laat niets van zich horen. De ANWB weet echter wel aan het instituut nog te melden dat zij de aansprakelijkheid tegenover Willem van Lunteren afwijst.
Je zult maar Willem van Lunteren zijn, die in maart 2021 van de bedrijfsjurist van de ANWB te horen krijgt dat de brief van het instituut van 5 februari 2021 de afdeling Bedrijfsjuridische Zaken van de ANWB bereikt heeft. Na bestudering van deze brief, zo belooft de ANWB, zal de ANWB reageren.
Je zult maar Willem van Lunteren zijn, die hoort dat het instituut op 10 augustus 2021(!) de advocaat van de ANWB om een inhoudelijke reactie vraagt op het bemiddelingsverzoek van het instituut. Als dat verzoek op 20 september 2021 nog niets heeft opgeleverd, herhaalt het instituut haar verzoek. Dat levert op 22 september 2021 een email op van de advocaat van de ANWB. Deze deelt mee dat de ANWB ‘niet meer over een personeelsdossier van Van Lunteren beschikt.’ Zodat de ANWB niet meer de benodigde informatie heeft voor een verdere beoordeling. Ook weet deze advocaat te melden dat bij navraag binnen de organisatie de rol van de heer Van Lunteren niet meer kan worden gereconstrueerd. Zodoende beroept de ANWB zich op de stelplicht van Van Lunteren. Daarom wil de ANWB van Van Lunteren informatie krijgen over zijn werk bij de ANWB, en de namen krijgen van zijn voormalige leidinggevenden en zijn ex-collega’s. Daarnaast wil de ANWB horen welke taken Van Lunteren bij de ANWB heeft verricht en wanneer en hoe Van Lunteren daarbij aan asbest is blootgesteld. De advocaat merkt daarbij op dat hij na ontvangst van deze informatie op de zaak zal terug-komen.
Je zult maar Willem van Lunteren zijn, die op 19 oktober 2021 van het instituut hoort dat het instituut nogmaals alle documentatie in zijn zaak aan de advocaat van de ANWB heeft opgestuurd.
Je zult maar Willem van Lunteren zijn, die merkt dat zijn gezondheid steeds verder achteruitgaat, maar niets hoort van het instituut of de ANWB. Pas op 4 mei 2022 (!) stuurt het instituut een herinneringsbrief aan de ANWB. Dat levert niets op. Dus op 1 november 2022(!) nog maar een briefje van het instituut richting de advocaat van de ANWB. Wederom geen effect.
Je zult maar Willem van Lunteren zijn als hij op 11 januari 2023 in arren moede nog een keer bij het instituut aan de belt trekt. Op 20 januari 2023 laat het instituut Van Lunteren weten dat het instituut nog steeds niets van de ANWB-advocaat heeft gehoord. De medewerkster van het instituut heeft de advocaat gebeld, zij zou worden teruggebeld, maar hoort niets. Inmiddels is de gezondheidstoestand van Willem van Lunteren zo ver verslechterd dat hij samen met zijn echtgenote is verhuisd naar een verzorgingstehuis in Utrecht.
Je zult maar Willem van Lunteren zijn die op 23 januari 2023 hoort dat het instituut asbestslachtoffers nog een keer een poging waagt om de advocaat van de ANWB te bewegen tot een inhoudelijke reactie. Wederom tevergeefs. Enkele weken later constateert het instituut dat de bemiddeling mislukt is. Op 24 februari gaat het instituut over tot afronding van de bemiddeling.
Je zult maar Willem van Lunteren zijn die ten einde raad contact legt met het Comité Asbestslachtoffers (CAS). Via het CAS krijgt hij hulp van letselschade-advocaat mevrouw M. Verbeemen. Zij verzoekt de ANWB en haar advocaat om een inhoudelijke reactie op de aansprakelijkstelling. Maar ook dat verzoek lijdt tot helemaal niets. Dus besluit Willem van Lunteren tot dagvaarding van de ANWB over te gaan. De aanvang van de rechtszaak Van Lunteren/ANWB staat gepland op 28 november 2023.
Je zult maar Willem van Lunteren zijn als dagblad Trouw op 22 november 2023 over je rechtszaak tegen de ANWB verslag doet. Je leest in de krant dat de ANWB bevestigt dat je daar hebt gewerkt en dat de ANWB met jou contact heeft gelegd. Je zucht dan: alweer een leugen.